Verkiezingsdebat Water: Vooral verschil van inzicht in manier waarop doelen gehaald kunnen worden
Het debat was georganiseerd door de Unie van Waterschappen en de Vewin (koepelorganisatie van drinkwaterbedrijven) en de voorzitters daarvan openden het debat met de oproep om concrete stappen te nemen voor verbetering van de waterkwaliteit. Onder leiding van Maarten Bouwhuis werd het debat gevoerd aan de hand van drie stellingen, uiteenlopend van een PFAS-verbod vanaf 2025 tot een rijksbijdrage voor verwijdering van medicijnresten bij rioolwaterzuiveringen en verplicht maatregelen voor vervuilers.
Niet geheel verbazingwekkend waren de sprekers het eens over het belang van schoon oppervlaktewater, maar wat ‘schoon’ is en hoe dat te bereiken, leverde wel discussie op. Hoe snel kunnen veranderingen doorgevoerd worden, zowel in wetgeving als in de praktijk? Gaat het vrijwillig of verplicht, wel of niet in overleg met het bedrijfsleven? Wie gaat het betalen? De standpunten van de diverse partijen waren tijdens het debat niet anders dan al bekend uit eerdere uitlatingen. Dat maakte het een interessant debat om in korte tijd alle standpunten weer eens te horen. Voor een daadwerkelijke conclusie zullen we moeten wachten op de uitkomst van de coalitieonderhandelingen, maar dat er nog een hele slag gemaakt moet worden is duidelijk.
